gedruktheid
- Geluid: gedruktheid (hulp, bestand)
- ge·drukt·heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gedruktheid | |
verkleinwoord |
de gedruktheid v
- de mate waarin men somber is
- ▸ Deze montere stemming ging ook op Kitty over, maar toch kon zij een gevoel van gedruktheid niet van zich afzetten.[2]
- Het woord gedruktheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.