• gal·gen·maal
enkelvoud meervoud
naamwoord galgenmaal galgenmalen
verkleinwoord galgenmaaltje galgenmaaltjes

het galgenmaalo

  1. de laatste maaltijd die een ter dood veroordeelde mag nuttigen
    • De ter dood veroordeelde mocht enkel nog een galgenmaal nuttigen. 
95 % van de Nederlanders;
90 % van de Vlamingen.[2]