gaffeltand
- Geluid: gaffeltand (hulp, bestand)
- gaf·fel·tand
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gaffeltand | gaffeltanden |
verkleinwoord | gaffeltandje | gaffeltandjes |
de gaffeltand m
- persoon wiens voorste boventanden erg vooruitsteken
- tand in de vorm van een gaffel
- Het woord 'gaffeltand' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gaffeltand | gaffeltanden |
verkleinwoord |
gaffeltand
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gaffeltand | gaffeltanden |
verkleinwoord |
gaffeltand
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.