falbala
- fal·ba·la
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | falbala | falbala's |
verkleinwoord | - | - |
de falbala v
- (kleding) geplooide of geschulpte strook ter versiering van kledingstukken
- (kleding) feestelijke japon
- Maar of men hoepelrok of falbala droeg, (…) het maakte geen verschil in de kalme genoegens, die vooral de Hollanders zich veroorloofden. [5]
- (verouderd) geplooide of geschulpte strook textiel als versiering van gordijnen of meubels
- In den regel konden die opgehaald worden, maar de neteldoeksche gordijnen met zijden overgordijnen van den lateren tijd, vooral in de ontvangkamer aan de straat, met falbala of valletje aan den bovenkant, zullen wel opengeschoven zijn. [6]
- (bouwkunde) strook met boogjes als siermotief
- (…) het architraaf met een falbala van boogjes (…) [7]
- (figuurlijk) (verouderd) uitbundige of overbodige versiering
- Stravinksy ondertusschen heeft ons in het orchest, in de koren en aria's van zijn ‘Oedipus Rex’ geen enkele krul, geen enkele tirelantijn, geen enkele falbala, geen enkele uiterlijkheid gespaard van de achttiende eeuw zooals wij die kennen en op staanden voet konden nazingen, of zelfs vóór-zingen. [8]
- (…) Dan sla ik met mijn schaartje,
De wilde lokjes ga,
En zuiver dus mijn haartje,
Van Fransche falbala, (…) [9]
- [5] tierelantijn
- Het woord 'falbala' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "falbala" herkend door:
3 % | van de Nederlanders; |
7 % | van de Vlamingen.[10] |
- ↑ falbala op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ detailbeschrijving object RP-P-2009-1226 (2009) op website: Rijksmuseum.nl; geraadpleegd 2016-07-30
- ↑ Francq van Berkhey, J. leNatuurlyke historie van Holland. Deel 3. 1e stuk (1772) Yntema en Tieboel, Amsterdam; p. 595; geraadpleegd 2016-07-30
- ↑ Oven, R. van"De Hollander en zijn interieur in de 18e eeuw" in: Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift jrg. 41, deel 81 (voorjaar 1931); p. 424; geraadpleegd 2016-07-30
- ↑ Haan, F. de"Oud Batavia. Tweede deel" (1922) G. Kolff en Co., Batavia; p. 116; geraadpleegd 2016-07-30
- ↑ Mialaret, J.H.A.De Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst. Noord-Limburg. 2e druk (1971) Gijsbers & Van Loon, Arnhem / Rijksdienst voor de Monumentenzorg, Zeist; p. 219; geraadpleegd 2016-07-29
- ↑ Vermeulen, M."Rondom Stravinsky" in Klankbord. 2e druk (1930) De Spieghel, Amsterdam / Het Kompas, Mechelen; p. 91; geraadpleegd 2016-07-29
- ↑ Le Francq van Berkhey, J.Oranje speelnootjes vrijster-lied. (1791); p. 3; geraadpleegd 2016-07-30
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- fal·ba·la
- van Francoprovençaals farbella "franje" [1]
falbala m
- geplooide strook aan gordijnen of kledingstukken
- (kleding) feestelijke japon
- (figuurlijk) tierelantijn, overvloedige versiering
- ↑ falbala (Etymologie) in: Le Trésor de la Langue Française informatisé (1971-1994) op de website cnrtl.fr .