falbala's
- fal·ba·la's
- falbala met de uitgang -s
de falbala's mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord falbala
- Niet alleen dassen, falbala's en manchetten maakte men van kant (…) [1]
- Het woord 'falbala's' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ "Het boek van de mand" in: De Hollandsche revue jrg. 10, nr. 6 (23 juni 1905) Loosjes; p. 413 kol. 2; geraadpleegd 2016-07-30