elektrocardiogram
- elek·tro·car·dio·gram
- Afgeleid van cardiogram met het voorvoegsel elektro-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | elektrocardiogram | elektrocardiogrammen |
verkleinwoord | elektrocardiogrammetje | elektrocardiogrammetjes |
het elektrocardiogram o
- (medisch) (elektronica) registratie van de elektrische activiteit van de hartspier
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord elektrocardiogram staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.