• dron·ken·mans·praat
enkelvoud meervoud
naamwoord dronkenmanspraat
verkleinwoord

de dronkenmanspraatm

  1. het onzinnige dingen zeggen zoals past bij iemand die teveel alcohol heeft gedronken
     Het land wordt kapot bezuinigd en de 'portemonnee van de gewone man leeggegraaid'. Het enige dat Rutte daar tegenover stelt is 'wereldvreemde dronkenmanspraat' om burgers aan te sporen een huis of een auto te kopen.[2]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Samsom: 'Kabinet bezuinigt niet op uitkeringen'” (26-06-2013), Tubantia