driekoningenfeest
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- drie·ko·nin·gen·feest
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | driekoningenfeest | driekoningenfeesten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het driekoningenfeest o
- (religie) christelijke feestdag op 6 januari waarbij de komst van de Wijzen uit het Oosten bij het Christuskind wordt herdacht
- ▸ Vanaf 29 september zijn Driekoningenfeest: De koning drinkt, Vrouw in een slaapkamer, Herberg met vioolspeler, Vrolijk gezelschap in een herberg en Vechtende boeren bij een herberg te zien in de tentoonstelling Hollanders in huis: Vermeer en tijdgenoten uit de Royal Collection.[2]
- ▸ Het driekoningenfeest en het kerstfeest hebben zich gelijktijdig kunnen ontwikkelen. Dat stelt dr. Hans van Loon, die in 2008 promoveerde op de vroegchristelijke auteur Cyrillus van Alexandrië.[3]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord driekoningenfeest staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Mauritshuis onderzoekt vijf Jan Steens” (13-09-2016), Reformatorisch Dagblad
- ↑ Weblink bron Dr. M. A. van Willigen“Vroege Kerk vierde eerst geen Kerst” (24-12-2018), Reformatorisch Dagblad