driebandzanger

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  driebandzanger    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• drie·band·zan·ger

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  drie,   band zn  en  zanger zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	driebandzanger	driebandzangers
verkleinwoord	driebandzangertje	driebandzangertjes

Zelfstandig naamwoord

de driebandzanger m

1. (zangvogels) Basileuterus trifasciatus  een zangvogel uit de familie Parulidae  (Amerikaanse zangers). Deze soort is endemisch in Peru en telt 2 ondersoorten

Hyperoniemen

• Amerikaanse zangers, zangvogels, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren

Gangbaarheid

• Het woord 'driebandzanger' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.