dorpsplein
- Geluid: dorpsplein (hulp, bestand)
- IPA: / ˈdɔrəpsˌplɛin / (2 of 3 lettergrepen)
- dorps·plein
- samenstelling van dorp en plein met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dorpsplein | dorpspleinen |
verkleinwoord | dorpspleintje | dorpspleintjes |
het dorpsplein o
- (planologie) centraal plein in een dorp
- Iedereen kwam bijeen op het dorpsplein.
- brink [1]
- Het woord dorpsplein staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "dorpsplein" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be