doktorandka

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /dɔktɔrantka/

Woordafbreking

• dok·to·rand·ka

Woordherkomst en -opbouw

• Afgeleid van het zelfstandige naamwoord doktorand met het achtervoegsel -ka

Zelfstandig naamwoord

doktorandka v

1. (onderwijs) doctoranda; vrouwspersoon die een proefschrift schrijft ter verkrijging van de graad van doctor

Verbuiging

	enkelvoud	meervoud
nominatief	doktorandka	doktorandky
genitief	doktorandky	doktorandek
datief	doktorandce	doktorandkám
accusatief	doktorandku	doktorandky
vocatief	doktorandko	doktorandky
locatief	doktorandce	doktorandkách
instrumentalis	doktorandkou	doktorandkami

Afgeleide begrippen

• doktorandčin

Verwante begrippen

• doktor mbezield
• doktorandský
• doktorka v
• doktorský

Verwijzingen

• Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
• Slovník spisovného jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)