delging
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- del·ging
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van delgen met het achtervoegsel -ing[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | delging | delgingen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de delging v
- (financieel) het delgen (van schulden)
Verwante begrippen
Hyponiemen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord delging staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "delging" herkend door:
46 % | van de Nederlanders; |
63 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be