damper
- dam·per
- Naamwoord van handeling van dampen met het achtervoegsel -er
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | damper | dampers |
verkleinwoord | dampertje | dampertjes |
- Het woord damper staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "damper" herkend door:
58 % | van de Nederlanders; |
56 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Een stoomschip
- dam·per
- Zelfstandig naamwoord: naamwoord van handeling van dampe met het achtervoegsel -er
Naar frequentie | 36316 |
---|
- dam·per
- Zelfstandig naamwoord: naamwoord van handeling van dampe met het achtervoegsel -er
Naar frequentie | 42270 |
---|