dampen
- dam·pen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
dampen |
dampte |
gedampt |
zwak -t | volledig |
dampen
- ergatief damp, geur produceren
- Wacht tot de olie zo heet is, dat het dampt.
- De koffie dampt, de koekjes staan al te wachten.
de dampen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord damp
- Het woord dampen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "dampen" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be