creditkaart
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: creditkaart (hulp, bestand)
Woordafbreking
- cre·dit·kaart
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van credit en kaart
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | creditkaart | creditkaarten |
verkleinwoord | creditkaartje | creditkaartjes |
Zelfstandig naamwoord
- (financieel), (economie) een kaart waarmee men op voorschot een betaling kan doen
- Wanneer je rekening van de creditkaart niet onmiddellijk betaald wordt, wordt er een hoge rente berekend.
Synoniemen
Antoniemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord creditkaart staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "creditkaart" herkend door:
92 % | van de Nederlanders; |
85 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be