• cor·rec·ti·o·neel
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘verbeterend’ voor het eerst aangetroffen in 1820 [1]
  • afgeleid van correctie met het achtervoegsel -eel [2]
stellend
onverbogen correctioneel
verbogen correctionele

correctioneel [3]

  1. ter verbetering dienend
  2. strafrechtelijk (want de straf dient om de verstoorde orde te corrigeren)
    • u moet uw straf uitzitten in de correctionele inrichting in Amsterdam, beter bekend als de Bijlmerbajes 
  3. (België) De correctionele rechtbank gaat over strafbare feiten waar een mogelijke gevangenisstraf tussen de 8 dagen en 5 jaar op staat