• con·di·tie·trai·ning
enkelvoud meervoud
naamwoord conditietraining conditietrainingen
verkleinwoord

de conditietrainingv / m

  1. gewenning van het lichaam aan belasting zodat het algemene prestatievermogen beter wordt
    • Standaardisering is het woord dat zich opdringt bij wie rondklikt in het aanbod van fitness-groepslessen in Nederland. Of: McDonaldisering, zoals socioloog Judith Elshout het verwoordde in haar scriptie McFitness en de geest van het calvinisme. Bijna de helft van de zo’n 1.800 sportscholen biedt minimaal één en vaak meer van de twintig groepslesformats van Les Mills aan. Dat is een megabedrijf uit Nieuw-Zeeland, vernoemd naar olympisch atleet Leslie Mills, dat naast BodyPump zo’n beetje elke fitnesstak in het keurslijf van tien nummers goot. Yoga heet BodyBalance, vechtsport BodyCombat, conditietraining BodyAttack. En of je die lessen nou in Groningen volgt, in Middelburg of ergens anders in de tachtig landen waar Les Mills is doorgedrongen: de lessen zijn overal hetzelfde. Net zo voorspelbaar als de hamburgers van McDonald’s.[2] 
    • Ze weten dat De Wolf in Maassluis, Vlaardingen en Schiedam conditietraining geeft aan werklozen. Zelf wordt hij drie keer per week afgemat door zijn personal trainers Arjen en Carla. De Wolf is een BN’er met media-ervaring, kan werkgevers trekken én staat dicht bij gewone mensen - veel langdurig werklozen zijn laagopgeleid. „Je was alleen op school om lekker warm en droog te zitten”, bekent De Wolf.[3]  
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. NRC Francisca Wals 27 januari 2017
  3. NRC Eppo König 23 december 2016