bruingoed
- bruin·goed
- samenstelling van bruin en goed [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bruingoed | - |
verkleinwoord | - | - |
het bruingoed o
- (elektronica) geluidselektronica en beeldelektronica, waarvan de behuizingskleur oorspronkelijk bruin was en de naam verwijst naar de houten kasten
- Het bruingoed in de winkel stond achterin en omvatte onder andere radio's en televisietoestellen.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord bruingoed staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.