bramsteng
- bram·steng
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bramsteng | bramstengen |
verkleinwoord | bramstengetje | bramstengetjes |
- (scheepvaart) een optionele verlenging van de grote mast van een zeilschip met daarop aanwezig het bramzeil
- Het woord 'bramsteng' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.