• IPA: /braːnɪ/
  • brá·ny

brány vmv

  1. (landbouw) eg; een landbouw- of tuinbouwwerktuig dat gebruikt wordt voor het zaaiklaar maken van de grond door het maken van kleine geultjes

brány

  1. genitief enkelvoud van brána
  2. nominatief meervoud van brána
  3. accusatief meervoud van brána
  4. vocatief meervoud van brána

brány

  1. onbezield mannelijk meervoud passief deelwoord van het imperfectieve werkwoord brát
  2. vrouwelijk meervoud passief deelwoord van het imperfectieve werkwoord brát