bouwplaat
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bouw·plaat
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bouw en plaat [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bouwplaat | bouwplaten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- tekening op papier of karton waarmee men 3D objecten kan maken door knippen en plakken
- een plaatvormig materiaal waarmee men kan bouwen
Synoniemen
- [2] hardboard, bouwkarton
Vertalingen
1. tekening op papier of karton waarmee men 3D objecten kan maken door knippen en plakken
Gangbaarheid
- Het woord bouwplaat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bouwplaat" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be