Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • bloe·sem·pe·daal·mot
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bloesempedaalmot bloesempedaalmotten
verkleinwoord bloesempedaalmotje bloesempedaalmotjes

Zelfstandig naamwoord

de bloesempedaalmotv / m

  1. (vlinders) Argyresthia spinosella   een vlinder uit de familie van de pedaalmotten (Argyresthiidae). De spanwijdte van de vlinder bedraagt 9 tot 11 millimeter. Het vlindertje komt verspreid over Europa en Klein-Azië voor. De waardplant van de bloesempedaalmot is de sleedoorn. De rups eet in het voorjaar van de bloesem
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie