Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bloem·le·zing
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bloemlezing bloemlezingen
verkleinwoord bloemlezinkje bloemlezinkjes

Zelfstandig naamwoord

de bloemlezingv

  1. een boek samengesteld uit een keuze van werken van een of meer schrijvers, compilatiewerk, anthologie
    • - Joost Zwagerman heeft enkele bloemlezingen uit de Nederlandse en Vlaamse literatuur samengesteld. 
    • - Ik proef iets wat bedorven is. Zo heet de verzameling hekeldichten waarin Nederlandse dichters hun boosheid uiten over een reeks onderwerpen. De bloemlezing is een initiatief van de voormalige Rotterdamse stadsdichter Daniël Dee, zijn gewezen Vlaardingse evenknie Benne van der Velde en Alexis de Roode van het Utrechts stadsdichtersgilde. Zij dragen er uit voor tijdens de Rotterdamse presentatie van de doos van Passage, een collectie van tien nieuwe dichtbundels. [3] 
Synoniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

94 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen