bloeding
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bloe·ding
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van bloeden met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bloeding | bloedingen |
verkleinwoord | bloedinkje | bloedinkjes |
Zelfstandig naamwoord
de bloeding v
- het uitvloeien van bloed buiten de bloedsomloop of buiten het lichaam
- De bloeding kon gelukkig snel gestelpt worden.
- ▸ 'Ik heb verhalen gehoord van mensen met een slagaderlijke bloeding die een halfuur moesten wachten.' Direct na deze woorden vervloekte ze haar spontaniteit die op momenten als deze een heuse tegenstander was.[1]
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord bloeding staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bloeding" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ “All-inclusive” (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht , ISBN 90-229-9182-2
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be