Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • blau·we trap
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord blauwe trap blauwe trappen
verkleinwoord blauw trapje blauwe trapjes

Zelfstandig naamwoord

de blauwe trapm

  1. (trapachtigen) Eupodotis caerulescens   een vogel uit de familie van de trappen (Otididae  ). Deze soort is endemisch in oostelijk Zuid-Afrika. De grootte van de populatie wordt geschat op 8-10 duizend volwassen vogels. Op de rode lijst van de IUCN heeft deze soort de status gevoelig
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie