blauwbok
- (IPA in voorbereiding)
- blauw·bok
- samenstelling van blauw zn en bok zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | blauwbok | blauwbokken |
verkleinwoord | blauwbokje | blauwbokjes |
de blauwbok m
- (evenhoevigen) Hippotragus leucophaeus was een soort uit de familie van de paardantilopen en wordt ook weleens blauwe antilope (Afrikaans: bloubok) genoemd. Deze soort is inmiddels uitgestorven
- paardantilopen, holhoornigen, herkauwers, evenhoevigen, zoogdieren, gewervelden, chordadieren, dieren
- Het woord 'blauwbok' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.