stellend vergrotend overtreffend
black blacker blackest

black

  1. (kleur) zwart
  2. donker
vervoeging
onbepaalde wijs to  black 
he/she/it  blacks 
verleden tijd  blacked 
voltooid
deelwoord
 blacked 
onvoltooid
deelwoord
 blacking 
gebiedende wijs  black 

black

  1. overgankelijk zwart maken
enkelvoud meervoud
black blacks

black

  1. (kleur) zwart, de kleur zwart
  1. black, Online Etymology Dictionary


black m

  1. (spreektaal) zwarte, neger [1]
  2. (spreektaal) zwart werk
    «Ton taf, il est légal? – Mais non, c’est du black
    Is jouw werk wit? – Welnee, het is zwart werk! [1]