Nederlands

 
bijkelk
Uitspraak
Woordafbreking
  • bij·kelk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bijkelk bijkelken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bijkelkm

  1. (plantkunde) een krans van kelkachtige blaadjes, die echter niet tot de kelk van de bloem behoren
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

37 % van de Nederlanders;
45 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen