betaalpas
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·taal·pas
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van betaal ww en pas
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | betaalpas | betaalpassen |
verkleinwoord | betaalpasje | betaalpasjes |
Zelfstandig naamwoord
- een plastic kaartje (pas) waarbij in een automaat betaald kan worden
Synoniemen
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord betaalpas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "betaalpas" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be