Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·stu·rings·bus
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord besturingsbus besturingsbussen
verkleinwoord besturingsbusje besturingsbusjes

Zelfstandig naamwoord

de besturingsbusv / m

  1. (informatica) bus (= groot aantal lijnen) van een computer die samen met de adresbus en de databus de verschillende delen verbindt en waarlangs opdrachten worden uitgewisseld.

Gangbaarheid

Meer informatie