• be·las·ting·be·ta·ler
enkelvoud meervoud
naamwoord belastingbetaler belastingbetalers
verkleinwoord - -

de belastingbetalerm

  1. iemand die belasting betaalt (in de ogen van de rijken een sukkel)
    • Redding van Spaanse bank kost (Spaanse) belastingbetalers 11 miljard euro [1]