belangengroep
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·lan·gen·groep
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van belang en groep met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | belangengroep | belangengroepen |
verkleinwoord | belangengroepje | belangengroepjes |
Zelfstandig naamwoord
- een al of niet georganiseerde groep mensen, met een gemeenschappelijk doel, en dat doel actief nastreven
- De Waddenvereniging is een krachtige belangengroep met als doel de Waddenzee als natuurgebied te behouden.
Synoniemen
Vertalingen
1.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord belangengroep staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.