begintijd
- be·gin·tijd
- samenstelling van begin en tijd
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | begintijd | begintijden |
verkleinwoord |
de begintijd m
- tijdstip waarop iets begint
- Het woord begintijd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "begintijd" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be