• be·gin·ac·cent
enkelvoud meervoud
naamwoord beginaccent beginaccenten
verkleinwoord - -

het beginaccento

  1. (taalkunde) beklemtoning van de eerste lettergreep
     Voor een aantal van deze woorden is beginaccent normaal geworden (bijvoorbeeld 'diverse, 'absoluut); bij andere is het incidenteel.[1]
  1.   Weblink bron
    M.C. van den Toorn e.a. (red.)
    “Geschiedenis van de Nederlandse taal.” (1997), Amsterdam University Press, Amsterdam, ISBN 9053562346, p. 496