Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • baard·pa·trijs
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord baardpatrijs baardpatrijzen
verkleinwoord baardpatrijsje baardpatrijsjes

Zelfstandig naamwoord

de baardpatrijsm

  1. (hoendervogels) Perdix dauurica   een vogel uit de familie der fazanten (Phasianidae). De wetenschappelijke naam van de soort werd voor het eerst geldig gepubliceerd door Peter Simon Pallas in 1811
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie