androloog
- an·dro·loog
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | androloog | andrologen |
verkleinwoord | androloogje | androloogjes |
de androloog m
- (medisch) (beroep) geneeskundig specialist die zich bezig houdt met ziekten van mannelijke voortplantingsorganen (in tegenstelling tot gynaecologie)
1.
- Het woord 'androloog' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.