Nathan Phillips (1892-1976) met ambtsketen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ambts·ke·ten
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ambtsketen ambtsketens
ambtsketenen
verkleinwoord ambtsketentje ambtsketentjes

Zelfstandig naamwoord

de ambtsketenv / m

  1. een halsketting als symbool van het ambt van een hoge ambtsdrager zoals van een burgemeester of een rector van een universiteit
    • Sommige gemeenten hebben een tweede ambtsketen als reserve. 
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid