Dr A.T. Still en Annie Morris, zijn amanuensis
  • ama·nu·en·sis
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘schrijver, helper’ voor het eerst aangetroffen in 1615 [1]
  • Uit het Latijn [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord amanuensis amanuensissen
amanuenses
verkleinwoord

de amanuensisv / m [3]

  1. (beroep) is een assistent op natuurkundig, biologisch en/of scheikundig terrein op een school of in een laboratorium ook in figuurlijke zin gebruikt als assistent in meer algemene zin
    • Seymour bestudeerde de loopbaan en de ideologische koers van Hitchens, die volgens hem getypeerd wordt door ‘doelmatigheid en een fetisj voor macht’. Begonnen als ambitieus socialist ontpopte Hitchens zich na 11 september 2001 steeds meer tot een ‘conservatieve marxist’ die bovendien de Amerikaanse inval in Irak verdedigde. Bij de beschrijving van dat laatste onderwerp zou Seymour Hitchens in het boek beschrijven als een ‘George W Bush administration’s amanuensis’: een assistent van de Bush-regering.[4] 
     Stolks vroegere amanuensis Van der Hout had een eenvoudig antwoord op de vraag naar de herkomst van de beelden: 'Die kun je in Zuid-Amerika gewoon kopen in indianendorpen.[5]
71 % van de Nederlanders;
23 % van de Vlamingen.[6]