airbrush
- air·brush
- Leenwoord uit het Engels
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | airbrush | airbrushes |
verkleinwoord | - | - |
de airbrush m
- verfspuit die de verf zeer fijn verdeeld opbrengt
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
vervoeging van |
---|
airbrushen |
airbrush
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van airbrushen
- Ik airbrush.
- gebiedende wijs van airbrushen
- Airbrush!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van airbrushen
- Airbrush je?
- Het woord airbrush staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "airbrush" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- samenstelling van air zn en brush zn
enkelvoud | meervoud |
---|---|
airbrush | airbrushes |
airbrush
- airbrush, soort verfspuit
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to airbrush |
he/she/it | airbrushes |
verleden tijd | airbrushed |
voltooid deelwoord |
airbrushed |
onvoltooid deelwoord |
airbrushing |
gebiedende wijs | airbrush |
airbrush