addergif
- ad·der·gif
- samenstelling van adder zn en gif zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | addergif | addergiffen |
verkleinwoord |
het addergif o
- (biologie) het gif van een adder
- (figuurlijk) venijn, kwaadaardigheid, laster, vergift, moeilijkheid
- [1] slangengif
- Het woord 'addergif' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.