Acacia penninervis
  • aca·cia
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘boomsoort’ voor het eerst aangetroffen in 1554 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord acacia acacia's
verkleinwoord acaciaatje acaciaatjes
85 %van de Nederlanders;
83 %van de Vlamingen.[3]