aanstonds
- aan·stonds
- In de betekenis van ‘bijwoord van tijd: gauw’ voor het eerst aangetroffen in 1673 [1]
- samenstelling van aan en stond zn met het achtervoegsel -s [2]
aanstonds
- binnen zeer korte tijd
1. binnen zeer korte tijd
- Het woord aanstonds staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "aanstonds" herkend door:
92 % | van de Nederlanders; |
88 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ "aanstonds" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ aanstonds op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be