aansprakelijkheidsrecht

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  aansprakelijkheidsrecht    (hulp, bestand)
• IPA: / anˈsprakələkhɛitsˌrɛxt / (6 lettergrepen)

Woordafbreking

• aan·spra·ke·lijk·heids·recht

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  aansprakelijkheid zn  en  recht zn  met het invoegsel -s- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	aansprakelijkheidsrecht	aansprakelijkheidsrechten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het aansprakelijkheidsrecht o

1. (juridisch) wet- en regelgeving betreffende de verantwoordelijkheid en mogelijke vervolgbaarheid van zaken die men gedaan of nagelaten heeft die bij anderen schade heeft veroorzaakt

   ▸ Hoogleraren aansprakelijkheidsrecht zeggen in de Volkskrant dat de schikking de zaak van de duizenden gedupeerden inderdaad een stuk sterker maakt. "Dat deze schikking naar buiten komt, kost de loterij mogelijk miljoenen", zegt hoogleraar Ivo Giesen. "Het biedt onderhandelingskansen, die zullen mensen grijpen. En dat terwijl juridisch nog niet eens vaststaat dat de loterij moet betalen."

   ▸ Volgens hoogleraar Europees aansprakelijkheidsrecht Jeroen Kortmann van advocatenkantoor Stibbe heeft dat vooral te maken met de verschillen in wet- en regelgeving. "Volkswagen was er veel aan gelegen om in Amerika snel tot een schikking te komen, want ze verwachten dat ze er in een rechtszaak nog veel slechter afkomen. Dat heeft te maken met extra boetes die je moet betalen als een rechter oordeelt dat Volkswagen de consument heeft misleid".

Gangbaarheid

• Het woord aansprakelijkheidsrecht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.