aanroepen
- aan·roe·pen
- samenstelling van aan vz en roepen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
aanroepen |
riep aan |
aangeroepen |
klasse 7 | volledig |
aanroepen
- overgankelijk met roepen iemands aan aandacht vragen
- Hij werd vanaf de overkant van het kanaal aangeroepen door een oude bekende.
- overgankelijk bidden tot
- ▸ Voor veel rooms-katholieken zijn heiligen belangrijk. Je kunt ze aanroepen als je iets kwijt bent, zoals in het geval van Antonius van Padua, of als je een examen moet halen of wilt genezen van ziekte.[1]
- (informatica) een subprogramma uitvoeren
- Het woord aanroepen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "aanroepen" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Weblink bron Liedeke Morssinkhof“Priester Titus Brandsma morgen heilig verklaard, genezen Amerikaan is erbij” (14 mei 2022), NOS
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be