aanpak
- aan·pak
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aanpak | aanpakken |
verkleinwoord | aanpakje | aanpakjes |
de aanpak m
- manier van aanpakken, manier van werken
- Bij een verkeerde aanpak gaat het kind rebelleren tegen de ouders.
- ▸ Tegnell is het brein achter de controversiële aanpak van Zweden om het virus te bestrijden, en de regering van Stefan Löfven heeft zich in haar reactie op de pandemie op zijn adviezen gebaseerd. Tegnell verdedigde de afgelopen maanden stellig het losse coronaregime en bekritiseerde andere landen vanwege hun lockdowns.[1]
- ▸ Blijkbaar was deze psychologische aanpak van de koude grond ongeschikt voor warmbloedige mensen zoals Heleen, dacht Chantal.[2]
1. manier van aanpakken
vervoeging van |
---|
aanpakken |
aanpak
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanpakken
- ... dat ik aanpak.
- Het woord aanpak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "aanpak" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Weblink bron “Brein achter omstreden Zweedse coronastrategie geeft fouten toe” (03-06-2020), Tubantia
- ↑ “All-inclusive” (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht , ISBN 90-229-9182-2
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be