Zaza
- Za·za
- van Dimli: Zaza, oorspronkelijk een smalend exoniem dat aangaf dat de taal in de oren van naburige volken als gestotter klonk; zelf noemen ze hun taal Dimli
enkelvoud | bezitsvorm | meervoud | |
---|---|---|---|
naamwoord | Zaza | - | - |
verkleinwoord | - | - | - |
het Zaza o
- geen meervoud (taal) verzamelnaam voor twee verwante Iraanse talen gesproken door 3 miljoen Koerden uit het oosten van Turkije
- ▸ Sprekers van het Zaza zijn afkomstig uit de oostelijke gebieden van Turkije (Diyarbakir, Elazig, Mus) en uit Koerdische gemeenschappen in West- en Centraal-Anatolië. De taalgemeenschap van het Zaza is veel kleiner dan die van het Kurmanci. Kurmanci wordt door de overige Turkse Koerden wordt gesproken en door de bewoners van de Koerdische gebieden in Syrië, Iran en Irak die grenzen aan Turks Koerdistan.[1]
- Het Koerdisch en Zaza zijn zustertalen. Niet alle sprekers van de taal zien zichzelf als Koerden.
1. verzamelnaam voor twee verwante Iraanse talen gesproken door 3 miljoen Koerden uit het oosten van Turkije
Zaza mv
- alleen meervoud (demoniem) Koerdisch volk uit het oosten van Turkije
- ▸ De Zaza werden gekenmerkt door een open cultuur met vele religieuze stromingen: soefisme, christendom, mazdeïsme, ...[2]
- Het woord 'Zaza' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron Ineke van de CraatsEen taal centraal : Koerdistan en de Koerden in: Alfa-nieuws., jrg. 1 nr. 4 (1998), Vereniging van Leraren Levende Talen, Utrecht, p. 13
- ↑ Weblink bron Felix Bergers“Kleurrijk Maasmechelen: Cemal Güray” (26 april 2012) op hbvl.be