• Ty·rann
  • Afkomstig van het Griekse zelfstandige naamwoord τύραννoς (týrannos) met afkomst uit oudere talen
enkelvoud meervoud
nominatief der Tyrann die Tyrannen
genitief des Tyrannen der Tyrannen
datief dem Tyrannen den Tyrannen
accusatief den Tyrannen die Tyrannen

Tyrann, m

  1. tiran
  2. (figuurlijk), (pejoratief) een autoritaire persoon (bijv. een chef)
  3. (figuurlijk), (schertsend) een plagend kind
  4. (zangvogels) benaming voor vogels uit de familie Tyrannidae