Iberische tjiftjaf

Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • Ibe·ri·sche tjif·tjaf
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Iberische tjiftjaf Iberische tjiftjaffen
Iberische tjiftjafs
verkleinwoord Iberisch tjiftjafje Iberische tjiftjafjes

Zelfstandig naamwoord

de Iberische tjiftjafm

  1. (zangvogels) Phylloscopus ibericus   een zangvogel uit de familie van de Phylloscopidae  . De soort broedt op het Iberisch schiereiland, in Portugal en in Spanje, maar overwintert in het westen van Afrika. In Nederland is deze vogel een zeldzame verschijning
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie