• Gies·sen
enkelvoud bezitsvorm meervoud
naamwoord Giessen Giessens -
verkleinwoord - - -

Giessen v[2]/m[3]

  1. (toponiem: rivier) rivier in Zuid-Holland
    • De Giessen kronkelt door de polder. 
demoniem
inwoner Giessenaar
vrouwelijke inwoner Giessense
bijvoeglijk Giessens

Giessen o

  1. (toponiem) naam van verschillende plaatsen in Nederland
    • Giessen-Oudekerk en Giessen-Nieuwkerk liggen in de gemeente Giessenlanden, maar er ligt ook een Giessen in de gemeente Woudrichem.