Californisch
- Ca·li·for·nisch
- afgeleid van Californië met het achtervoegsel -isch
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | Californisch | Californischer | |
verbogen | Californische | Californischere | |
partitief | Californisch | Californischers | - |
Californisch
- (demoniem) op Californië betrekking hebbend
Demoniemen bij Californië in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
inwoner: Californiër • inwoonster: Californische • bijvoeglijk: Californisch |
1.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord Californisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.